Ze hield het heel zakelijk toen ze het uitmaakte.
Ze zei ‘Het spijt me, Robin’ en ze zette hem op straat.
Daar stond hij dan, met wat vuile kleren en zijn laptop onder de arm.
Zijn vader kwam hem ophalen. In de auto zeiden ze niets.
Pas toen ze thuiskwamen besefte hij dat ze vergeten was hem zijn doos terug te geven.
De doos waarin ze zijn penis bewaarde.
…
Typisch Natasha, natuurlijk.
De dag erna ging hij aanbellen maar ze deed niet open, ook al zag hij dat het licht brandde.
Tegen zijn vrienden op café zei hij: ‘Dat het gedaan is vind ik niet zo erg… Maar ze heeft mijn penis nog.’
‘Dat hoef je niet te pikken,’ zei iemand.
De dag erna ging hij terug, bonkte urenlang op haar deur, riep haar naam door de straat, opnieuw en opnieuw, terwijl de buren keken van achter de gordijnen.
’s Avonds stuurde ze een sms. ‘Ik wil je niet meer zien…. Begrijp je dat dan niet?’
‘Mijn penis,’ stuurde hij terug. ‘Mijn penis ligt nog in je kast.’
De dag erna kwam ze nukkig naar beneden. Ze duwde hem de doos in zijn handen en nog voor hij iets kon zeggen gooide ze de deur dicht in zijn gezicht.
Hij wandelde naar huis met zijn doos tegen zich aangeklemd.
Het regende maar hij wandelde traag, hoofd weggedoken tussen de schouders.
Thuis keek hij in de doos.
Zijn penis was er slecht aan toe. Helemaal verschrompeld. Fletse kleur, ongezond grijs.
Een stervende muis – dacht hij.
Hij zette de doos weg en schonk een glas whiskey in.
Verslagen.
Hij herinnerde zich dat hij mooie, harde erecties kon krijgen, goed lang en stijf. – Vroeger.
…
Toen ze nog verliefd waren.
[Dit is de openingsscène van een nieuw verhaal waaraan ik werk… Als je wil weten hoe het verder gaat, schrijf je dan in op de nieuwsbrief! 🙂 ]